maandag 14 december 2009

18 december 2009: De Receptie - De uitvloei van een curve

De Receptie over 'Vliesgevels filter' van Tom Van de Voorde

Met: Maartje Smits, Pieter Veen, Dirk Huylebrouck, B. Zwaal

De debuutbundel van Tom Van de Voorde, Vliesgevels filter, kan begrepen worden als een poging om moderne landschapspoëzie te schrijven. Een interessant project, want is landschapspoëzie niet precies de ontkenning van de moderniteit?
In Vliesgevels filter bewijst Tom Van de Voorde het tegendeel. Via abstracte, vaak aan de wiskunde ontleende formuleringen, maakt hij een intense ervaring van de natuur mogelijk - een die we niet kennen uit de traditionele natuurlyriek. Het levert een ongewone bundel op, waarin de lezer de natuur op een nieuwe manier leert ervaren.

een passers eerste wentelgang

tekent het patroon

waarin hun vlucht wordt nagedaan

het raakpunt maakt de curve

mathematisch een formule

het kleinste getal

geen vierkant in het vogelnest

een vleugelpaar kleuren

een gans haar vliegangst doen vergeten

Voor deze aflevering van de Receptie vroeg Perdu een aantal uiteenlopende sprekers uit de kunst, de literatuur en de ruimtelijke ordening om te reageren op het project Vliesgevels filter. Ieder van hen zal het landschap van Tom Van de Voorde op een andere manier verkennen.

Maartje Smits is beeldend kunstenaar. Vorig jaar studeerde zij aan de Rietveld Academie af op videokunstwerk waarin de verschijningen van het moderne landschap een belangrijke rol spelen. Pieter Veen, als landschapsarchitect verbonden aan Bureau Vista, organiseert landschapsfilosofische reizen, waarin hij een brug probeert te slaan tussen de taal en het landschap.
Dirk Huylebrouck is een Vlaams wiskundige, bekend van uiteenlopende bijdragen in het magazine EOS: van Turing tot het scheve Atomium. Hij is auteur van twee boeken, Afrika + wiskunde (VUBPress) en De codes van Da Vinci, Bach, pi en Co (Academa Press). Huylebrouck zal een wiskundige filter voor de Vliesgevels houden.
B. Zwaal is de auteur van tien poëziebundels, waarvan Zouttong (2008) de laatste is. Hij zal met zijn eigen poëzie op de bundel van Tom van de Voorde reageren.

Aanvang: 20.30; deur open: 20.00 Reserveren via het webformulier op de Perdu-website

maandag 7 december 2009

11 december 2009: Un coup de dés: poème, image of sculpture

Met: Fernande de Korte, Anna Hakkens, Michalis Pichler, Petrus Hoosemans, Ernst van den Hemel (moderator)

Voertaal: Engels
English text there

In een eeuw tijd is Un coup de dés jamais n'abolira le hasard mínstens drie keer verschenen. Echter wel in verschillende vormen en bij andere kunstenaars. Als eerst werd het in 1914 in dichtvorm gepubliceerd (met de ondertitel poéme) naar de uitgebreide aantekeningen en instructies van de destijds reeds overleden Stéphane Mallarmé.

In dit 'origineel', dat vaak als hermetisch en onvertaalbaar gekarakteriseerd is, experimenteert Mallarmé al vroeg met zeer afwijkende typografie en vrij vers.

Dat het werk onvertaalbaar zou zijn, heeft de Belgische kunstenaar Marcel Broodthaers er niet van weerhouden het gedicht te bewerken. Onder zijn naam verscheen in 1969 een tweede versie, deze keer met de ondertitel image. Broodthaers had het idee opgevat Mallarmé's bundel om te zetten in plastic art. In plaats van de woorden, treft men in image enkel nog zwarte balken aan. Broodthaers brengt hiermee een dialoog tussen de twee werken op gang.

Ook de Duitse kunstenaar Michalis Pichler heeft een poging gedaan het werk te 'vertalen'. Zijn bewerking verscheen in 2008/09 met de ondertitel sculpture. In zijn versie kan men bij het omslaan van de pagina's slechts nog de schaduwen van Mallarmé's woorden waarnemen: Pichler heeft de balken van Broodthaers 'uitgeknipt', de bladzijden onder elkaar geplaatst en een stuk ontworpen dat door de pianola afgespeeld kan worden. Speciaal voor deze avond heeft Perdu, met steun van het Goethe Instituut en het Pianolamuseum, een automatische piano beschikbaar gesteld waarmee Pichler zijn stuk zal demonstreren.

Welke dialoog of discussie wordt er tussen de drie werken aangegaan? Hoe refereren ze aan elkaar? Overtreffen ze elkaar in concept? Doen de latere werken geen afbreuk aan het origineel? Voegen de nieuwe kunstwerken iets toe of maken ze juist iets kapot? Dit soort vragen staan op deze avond centraal.

Fernande de Korte zal zowel het voorwoord als het gedicht van Mallarmé in het Frans voordragen (de Engelse vertaling wordt op de achtergrond geprojecteerd). Anna Hakkens zal daarna ingaan op de versie van Broodthaers. Vervolgens, zal Pichlers performance plaatsvinden, waarna de avond afgesloten wordt met een tafelgesprek o.l.v. Ernst van den Hemel, waarin de drie werken met elkaar vergeleken worden.

Aanvang: 20.30 uur; deur open: 20.00 uur
Reserveren via het webformulier

10 december 2009: Dutch Invasion? - Ambit in Perdu

Met: de dichters Héléne Gelèns, Hagar Peeters, Mustafa Stitou en Kate Foley (Britse dichter wonend te Amsterdam); de schrijver Manon Uphoff; en de vertalers David Colmer, Donald Gardner, Sam Garrett en Willem Groenewegen*. (* = onder voorbehoud).

Presentator: Dr Martin Bax, redacteur van AMBIT

Een programma over recente Nederlandse literatuur die de oversteek naar Engeland heeft gemaakt en is opgebouwd rond de net verschenen editie van het Engelse literaire tijdschrift AMBIT. Daarin staat een aantal nieuwe vertalingen van Nederlandse gedichten en proza centraal. De Nederlandse schrijvers lezen voor uit eigen werk; hun vertalers lezen de vertalingen. Dit tweetalige programma is gericht zowel op Nederlanders die nieuwsgierig zijn naar het procédé van het vertalen en de receptie van Nederlandstalige literatuur in Engeland als op Engelstaligen die belang hebben voor recente Nederlandse literatuur. Speciale gast is Dr Martin Bax, redacteur van AMBIT, die het programma zal presenteren. De deelnemers geven niet alleen lezingen, ze gaan ook in discussie met elkaar en met het publiek. Wat is de Nederlandse poëzie eigenlijk en overleeft ze in een vreemde taal?

Aanvang: 20.00 uur; zaal open: 19.30 uur
Reserveren kan via het webformulier van Perdu

dinsdag 1 december 2009

4 december 2009: Hans Faverey - Een lek in het zwijgen

Met: Dante Boon, Maria van Daalen, Piet Gerbrandy, e.a.

Hans Faverey (1933-1990) behoort tot de meest becommentarieerde dichters uit het Nederlandse taalgebied. De referentialiteit en daarmee de autonomiteit van zijn poëzie zijn vaak onderwerp van discussie geweest. Zijn gedichten zijn dan ook vaak beschouwd als unieke en autonome taalbouwsels, die elk contact met de werkelijkheid willen verbreken. Maar niet alleen de aard, ook de omvang van de secundaire literatuur lijkt de afstand tussen de lezer en Faverey's poëzie te hebben vergroot. De vele commentaren maken het moeilijk om zijn gedichten onbevangen tegemoet te treden. Op deze avond wil Perdu het accent verschuiven naar niet of minder vaak belichte aspecten van Faverey. Verschillende sprekers zullen worden gevraagd om nieuwe ingangen tot zijn werk te zoeken en voor te stellen.

De zwarte nachtschade is hier omdat het nodig is:
achter de voorgrond schuilen
de witte nachtelijk merries;
zij hinniken, slaan met hun

zwaluwstaarten, doen
alsof zij hier thuis zijn.

Dante Boon is componist en pianist. Hij zal zijn eigen compositie Uitdrijving - geïnspireerd op de gelijknamige reeks uit de bundel Lichtval - uitvoeren. Vervolgens zal hij onder meer spreken over hoe hij zich tot Faverey's poëzie heeft verhouden. Piet Gerbrandy is classicus, essayist en dichter.

Aanvang: 20.30; zaal open: 20.00
Reserveren via het reserveringsformulier op de Perdu-website.

maandag 30 november 2009

3 december 2009: Te gast uit China: Wang Jiaxin en Lan Lan

Met: Wang Jiaxin, Lan Lan, Erik Lindner, Silvia Marijnissen, e.a.

In het kader van het Europalia-festival bezoekt een aantal moderne dichters uit China ons continent. Zij zullen voorlezen uit en spreken over hun werk. Maar wat betekent het eigenlijk om een moderne dichter in China te zijn? En hoe moeten wij hun poëzie op een onbevangen manier lezen, zonder ingevoerd te zijn in de complexe Chinese samenleving waarin ze ontstaat? Het gevaar te blijven steken op stereotypen - die van de wijze Chinees, maar ook die van de dissident, en recentelijk die van de Chinese versie van de individualist - ligt immers op de loer.

Op deze avond zullen Erik Lindner en Silvia Marijnissen op deze problematiek ingaan en proberen de moderne Chinese poëzie te benaderen. Zij doen dat aan de hand van het werk van Wang Jiaxin en Lan Lan, die voor deze gelegenheid de speciale gasten van Perdu zijn.

Deze avond wordt mede mogelijk gemaakt door Europalia China.

Aanvang 20.30; deur open 20.00
Reserveren voor deze avond kan via het reserveringsformulier op de Perdu-website. Klik daarvoor hier.

Laatste dag! Gratis download Uinko Eerenstein! (herhaling)

Op 23 oktober trad de veelbelovende singer/songwriter Uinko Eerenstein op in Perdu. In het kader van de programmareeks Vers van het mes bracht hij zes liedjes uit zijn sterk persoonlijke Nederlandstalige repertoire, dat zich beweegt tussen breekbaarheid en absurdisme. Uinko Eerenstein heeft wel iets weg van Jaap Fischer, maar brengt met zijn directe teksten en zijn markante stemgeluid toch vooral iets nieuws, en ja, iets unieks. Die avond zorgde hij voor een uiterst sfeervol optreden.

Die sfeer blijkt achteraf zo goed over te komen op de opnames die er die avond gemaakt zijn, dat we het eigenlijk niet kunnen laten om die ze voor u beschikbaar te maken. Daarom bieden Uinko Eerenstein en Stichting Perdu gezamenlijk de officiële bootleg tijdelijk aan via de website en het weblog van de stichting. Hieronder kunt u ze beluisteren en vrijelijk downloaden. Maar let op: ze zijn maar tijdelijk beschikbaar! En wel gedurende de maand november. Wacht dus niet te lang.

Later zullen een aantal nummers waarschijnlijk verschijnen op een CD met de titel In dorpen en steden, die Eerenstein samen met Jan Schenk (Hospital Bombers) gaat opnemen.

Meer informatie over Uinko Eerenstein vindt u op zijn myspace. De foto bij dit bericht is van Roeland Fossen.


maandag 23 november 2009

27 en 28 november 2009: Herman Gorter

Op vrijdag 27 november en zaterdag 28 november presenteert Perdu een tweeluik over het werk van Herman Gorter:


Vrijdag 27 november

Een nieuw geluid – de andere Herman Gorter
(onderdeel van een tweeluik over Herman Gorter - zie ook zaterdag 28 november)

Met: Ernst van den Hemel, Marc Reugebrink en Johan Sonnenschein


Herman Gorter staat algemeen bekend als een van de grootste moderne Nederlandse
dichters, maar slechts met een deel van zijn oeuvre. Gewoonlijk wordt er tussen zijn autonome, sensitivistische werk (Mei, Verzen) en zijn latere ideologische poëzie (Pan, Liedjes, De arbeidersraad) een waterscheiding aangebracht. Daarbij komt het ideologische (communistische) werk er altijd slechter van af – alsof het voor de waardering van de vroege autonome Gorter nodig is met de latere ideologische Gorter af te rekenen.

Het wekt de indruk dat er meer aan de hand is dan een simpel – en neutraal – kwalitatief verschil tussen de twee Gorters. En na de debatten rondom Ik ben een bijl en De revanche van de roman – debatten over engagement – moet er ernstig getwijfeld worden aan het vermogen van het Nederlandse discours om met ideologie om te gaan. Engagement wordt in die debatten bijna alleen journalistiek opgevat: literatuur moet weergeven hoe het met de wereld is. Gorters ideologische werk stond juist in het teken van de utopie: hoe de wereld zou moeten, of kunnen, zijn.

Perdu wil met twee opeenvolgende avonden op 27 en 28 november de ideologische Gorter opnieuw verkennen. Op de eerste avond zullen drie auteurs zich tot het Herman Gorters latere poëzie verhouden. Literatuurwetenschapper Johan Sonnenschein belicht de kentering in Gorters oeuvre. Schrijver, dichter en criticus Marc Reugebrink zal trachten om Verzen niet op autonome, maar op geëngageerde wijze te lezen. Literatuurwetenschapper en cultuurcriticus Ernst van den Hemel zal ten slotte de boeken Liedjes en Pan aan de hand
van het werk van de hedendaagse cultuurfilosofen Slavoj Žižek en Alain Badiou lezen, die zich net als Herman Gorter richten op de communistische utopie.

Aanvang: 20.30; zaal open: 20.00

U kunt een passepartout voor beide avonden kopen. Zie voor informatie over kosten en reservering het reserveringsformulier op de Perdu-website

- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
Zaterdag 28 november

De geest der muziek der nieuwe menschheid
Herman Gorters “Liedjes” integraal voorgelezen
(onderdeel van een tweeluik over Herman Gorter - zie ook vrijdag 27 november)

Met: Rozalie Hirs, Hugo Koolschijn en Samuel Vriezen.

In de in 1981 door hem bezorgde heruitgave van Herman Gorters
postume bundel Liedjes noemde Jacob Groot het boek: “de meest bijzondere, verstrekkende poëzie van zijn hand” en “misschien wel de mooiste miskende poëzie van deze eeuw.” Wie het boek leest, en Groot daarna niet meteen gelijk geeft, moet op zijn minst de al te gekleurde receptie van de ideologische, communistische Herman Gorter in Nederland willen heroverwegen.

Na een avond vol nieuwe reflecties op Gorters latere oeuvre (zie 27 november), zal vanavond de poëzie van een van zijn mooiste boeken klinken: Liedjes. In een duo-voorleessessie met ondermeer dichteres Rozalie Hirs komt de “geest der muziek der nieuwe menschheid” tot leven. Componist en dichter Samuel Vriezen maakte speciaal voor deze avond een nieuw muziekstuk, dat het voorlezen van Liedjes zal doorsnijden en ondersteunen.

Aanvang: 20.30; zaal open: 20.00

U kunt een passepartout voor beide avonden kopen. Zie voor informatie over kosten en reservering het reserveringsformulier op de Perdu-website

maandag 16 november 2009

20 november 2009: De receptie: Alles gaat voorbij, maar niets gaat over - Daniel Billiet

Met: Daniel Billiet, lonka Verdurmen, Catharina Blaauwendraad

In deze aflevering van De Receptie buigen wij ons eens over een jeugdpoëziebundel. En wel de meest recente en zeer autobiografisch getinte bundel van de Vlaming Daniel Billiet: Alles gaat voorbij, maar niets gaat over, over de zelfmoord van zijn geliefde ‘G’tje’. Los van de vragen en overpeinzingen over de thematiek, roept deze bundel nog een andere vraag op: waarom is dit jeugdpoëzie, oftewel, wat onderscheidt deze bundel van volwassenenpoëzie? Of is er geen verschil afgezien van de (beoogde) lezers?
Ilonka Verdurmen van de School Der Poëzie zal ingaan op deze kwesties, en dichteres en vertaalster Catharina Blaauwendraad voelt de schrijver aan de tand. Daarnaast is er voor Daniel Billiet ruim de gelegenheid om voor te dragen.

Aanvang: 20.30; zaal open: 20.00.
Reserveren kan, klik daarvoor hier

dinsdag 10 november 2009

13 november 2009: De Uitwerking I - "A few silence"

met: G. Douglas Barret, Bas Geerts, e.a.

In een nieuwe reeks biedt Perdu ruimte voor kritische evaluatie en reflectie op een gedeelde ervaring. Drie 'gastcritici' uit verschillende disciplines buigen zich, geschraagd door publieksinterventie, over de esthetische implicaties van een - op de avond zelf gepresenteerd - nieuw werk. De uitkomsten van deze discussie worden vervolgens het uitgangspunt voor een interview met de maker. Collectieve kunstkritiek op kleine schaal.

In deze eerste aflevering bespreken we het werk "A Few Silence" van de Amerikaanse componist G. Douglas Barrett. In zijn artist's statement schrijft hij: "In my current work I concentrate on setting up processes that have to do with documenting, replicating, recording and repeating: experiences of space (the gallery, the concert hall, the urban landscape), action (performance works, “unintended” performances, video documents), and existing music and performance."

Het eerste deel van de avond wordt gevuld met een uitvoering van de compositie "A Few Silence" (2007) door een ensemble van vijf. Vervolgens wordt het werk besproken door drie 'gastresencenten', waaronder dichter en beeldend kunstenaar Bas Geerts. De avond wordt afgesloten door een interview met de in Berlijn woonachtige componist, die voor de gelegenheid speciaal naar de Kloveniersburgwal zal afreizen.

Aanvang: 20.30, deur open: 20.00.

U kunt reserveren met het formulier op de Perdu-website. Klik daarvoor op deze link.

donderdag 5 november 2009

Gratis: Uinko Eerensteins officiële bootleg "Live in Perdu" als tijdelijke download

Op 23 oktober trad de veelbelovende singer/songwriter Uinko Eerenstein op in Perdu. In het kader van de programmareeks Vers van het mes bracht hij zes liedjes uit zijn sterk persoonlijke Nederlandstalige repertoire, dat zich beweegt tussen breekbaarheid en absurdisme. Uinko Eerenstein heeft wel iets weg van Jaap Fischer, maar brengt met zijn directe teksten en zijn markante stemgeluid toch vooral iets nieuws, en ja, iets unieks. Die avond zorgde hij voor een uiterst sfeervol optreden.

Die sfeer blijkt achteraf zo goed over te komen op de opnames die er die avond gemaakt zijn, dat we het eigenlijk niet kunnen laten om die ze voor u beschikbaar te maken. Daarom bieden Uinko Eerenstein en Stichting Perdu gezamenlijk de officiële bootleg tijdelijk aan via de website en het weblog van de stichting. Hieronder kunt u ze beluisteren en vrijelijk downloaden. Maar let op: ze zijn maar tijdelijk beschikbaar! En wel gedurende de maand november. Wacht dus niet te lang.

Later zullen een aantal nummers waarschijnlijk verschijnen op een CD met de titel In dorpen en steden, die Eerenstein samen met Jan Schenk (Hospital Bombers) gaat opnemen.

Meer informatie over Uinko Eerenstein vindt u op zijn myspace. De foto bij dit bericht is van Roeland Fossen.


woensdag 4 november 2009

Feedback-lussen

"Zolang de wederzijdse afhankelijkheid van natuur en cultuur in de taal niet gedacht wordt blijft het gevaar bestaan van een steriele poëzie. Gebruik van overrompelende klankmiddelen en retorische effecten kan een lichamelijke kick teweegbrengen, of kunnen de dichter dingen laten zeggen die frappant en uitzonderlijk klinken, maar als de nadruk teveel ligt op een zuiver lichamelijke dynamiek en het zicht op de betekenis-dynamiek van de woorden verloren raakt blijft de roes goedkoop. En een dichter die zich op normaal taalgebruik of op poëtische conventies oriënteert moet daarin een dynamiek laten zien, anders blijft de poëzie op een banaal niveau steken.

De volledige werkelijkheid van woorden beperkt zich niet tot een verhouding tussen twee verschillende lagen. Verschillende aspecten van de taal moeten in één systeem worden gezien. Dan treden er feedback-lussen naar voren, die de dynamiek van de woorden bepalen in hun complete oncontroleerbaarheid en rijkdom."

Aldus Samuel Vriezen in de uitgeschreven versie van zijn youtube-lezing voor het Perdu-programma De kunst van het dichten. Lees verder op Vriezen vindt...

maandag 2 november 2009

6 november: Antigone en de wet van het verzet


Met: o.a. Annefé de Boer, Stefan Hertmans (o.v.) en Hans Nieuwenhuis (o.v.)

Een van de bekendste werken van Sofokles is de tragedie Antigone: een vertelling over een jonge vrouw die goddelijke wetten tegenover het bevel van gezaghebber Kreon stelt. Zowel Kreon als Antigone houden voet bij stuk, wat leidt tot een ingrijpende botsing tussen twee werelden. Door deze tweestrijd worden cruciale opposities zichtbaar, die nog altijd even herkenbaar als onverenigbaar zijn. De elkaar tegenwerkende krachten leiden tot een onvermijdelijke afloop: Antigone, Kreon en hun geliefden vinden de dood of verlangen er wanhopig naar. Maar wat laat het lot voor óns over? Wat is de drijfveer achter deze destructieve volharding? En wat is de mogelijke politieke waarde van Antigone?

Op 6 november laat zij van zich horen. Bijna letterlijk, wanneer actrice Annefé de Boer de avond inluidt met een theatrale monoloog. Vanuit classicistische hoek wordt de tragedie kort ingeleid en staat de ‘botsing’ centraal, vaak getypeerd als een belangrijk kenmerk van het genre. Vervolgens is het woord aan filosoof, essayist en dichter Stefan Hertmans, die naar aanleiding van zijn studie Het zwijgen van de tragedie (2007) wordt geïnterviewd over zijn fascinatie voor Antigone*. Hoogleraar Hans Nieuwenhuis specialiseerde zich in de literaire weerklank van Antigone in onze moderne rechtsstaat, en zal Antigone als vertrekpunt nemen bij de geboorte van het recht.

* Het interview met Stefan Hertmans wordt eerder opgenomen, en zal tijdens de avond worden uitgezonden.

Aanvang 20.30, zaal open 20.00
Reserveren kan via het formulier op de Perdu-website, klik daarvoor hier.

vrijdag 30 oktober 2009

"Met gedichten bereiden lezers zich voor op de werkelijkheid"

Vanavond vindt in Perdu de avond De kunst van het dichten plaats. Naar aanleiding van het gelijknamige boek van Henk van der Waal en Erik Lindner, dat een meerstemmige staalkaart is van de hedendaagse poëzie, proberen we tijdens de avond een beeld te krijgen van wat een staalkaart van de poëzie van morgen zou kunnen zijn.

De dichters Samuel Vriezen en Hélène Gelèns zijn voor deze avond gevraagd een korte lezing te houden over de mogelijkheden van de poëzie, of, om met het Henk van der Waal te spreken, antwoord te geven op de vraag: "wat vermag de poëzie". Samuel Vriezen kon vanwege verplichtingen elders niet live aanwezig zijn, en daarom is zijn lezing op video opgenomen. Hieronder kunt u de lezing beluisteren, en bekijken (in een afspeellijst in twee delen).



zaterdag 24 oktober 2009

30 oktober: De kunst van het dichten

met: Hélène Gelèns, Xavier Roelens, Ruth Lasters, Erik Lindner, Samuel Vriezen (in absentia) en Henk van der Waal

In oktober verschijnt bij uitgeverij Querido het boek De kunst van het dichten dat dichter en denker Henk van der Waal samen met dichter en criticus Erik Lindner schreef (presentatie van dit boek voorafgaand aan dit Perduprogramma, zie voor gegevens de website van Perdu).

Het boek begint met een beschrijving van een scene uit de film Lichtval (1983) van Kees Hin over het werk van de dichter Hans Faverey. Faverey tracht erin de vraag te beantwoorden hoe hij dicht: ‘Dat is vrij eenvoudig. Ik kan je precies vertellen hoe ik het doe. Kijk daar staat dat ding (een typemachine, red.). Je draait er een blanco papiertje in: zo. En dan moet je wachten. Dat kan wel even duren ja.’

'En inderdaad, zo eenvoudig is het om te dichten.' schrijft Henk van der Waal in het voorwoord van De kunst van het dichten, 'Zo eenvoudig, maar ook zo moeilijk. Want het venijn zit hem natuurlijk niet in dat papiertje dat in de schrijfmachine moet worden gedraaid. Nee, het venijn zit hem in dat wachten. Want hoe doe je dat. Kun je dat leren, en wat levert het eigenlijk op, of nog ingewikkelder, wat is het?'

Dit is het uitgangspunt van Van der Waals en Lindners boek. Het is meer dan een verzameling beschouwingen op en/of interviews met dichters, maar een dualistisch geheel waarin vraag en antwoord, en kritiek en reactie, niet alleen plaatsvindt binnen de met dichters gevoerde gesprekken, maar ook tussen de verschillende delen van het boek. Van der Waal en Lindner gaan gesprekken aan met dichters die je de leading poets van dit moment zou kunnen noemen. Basisvraag: hoe doe je het? De dichters reageren, soms ook door het schrijven van een eigen beschouwing. Zo ontstijgt literatuurkritiek de mening, en groeit het uit tot een gesprek. Een gesprek op het scherp van de snede.

Ter gelegenheid van het verschijnen van De kunst van het dichten, vindt in Perdu een avond plaats met hetzelfde uitgangspunt, uitgevoerd door dezelfde onderzoekers: Van der Waal en Lindner. Alleen onderzoeken zij vanavond niet de leading poets van vandaag, maar de dichters die de groten van morgen zouden kunnen zijn.

Aanvang: 20.30; zaal open: 20.00

Reserveren kan wel eens nodig zijn. Doe dat via de website van Perdu (door op het woord Perdu te klikken)

dinsdag 20 oktober 2009

23 oktober 2009: Vers van het Mes XVI

Met: Willem Bongers, Vicky Francken, Amaranta Groen.

Muziek: Uinko Eerenstein

Voor de zestiende keer presenteert Perdu onder de noemer Vers Van Het Mes een aantal nog niet gedebuteerde dichters uit Nederland en Vlaanderen. Vers Van Het Mes is geen poetry slam, geen open podium, geen wedstrijd. De deelnemende dichters krijgen de tijd en de gelegenheid zich uitgebreid te presenteren. Dit doen ze middels een voordracht en door het presenteren van een Kleine Poëtica, waarin ze zich uitspreken over hun werk, het poëzielandschap en hoe ze zichzelf daarin zien.

Aanvang: 20.30 Deur open: 20.00

zondag 11 oktober 2009

16 oktober 2009: De Paladijnen

Met: Han van der Vegt en Sasker Scheerder
Interview: Arie Altena

Na een niet nader omschreven apocalyps, waarvan sporen in het landschap overal getuigen, is de mensheid onderverdeeld in twee groepen: de berijders van zogenaamde monsters, de erfgenamen van de huidige terreinwagens, die met nanotechniek volledig zelfvoorzienend zijn geworden, en schimmen, mensen die in de open lucht leven en zich langzamerhand aanpassen aan de nieuwe leefomstandigheden.

In Han van der Vegts epische sciencefictiongedicht De Paladijnen - geschreven in dactylische hexameters, de aloude heroïsche versvoet - volgen we de bemanning van een van de monsters. Ze verheerlijken een verleden waaraan ze geen herinnering hebben en een traditie die zelfs mondeling nauwelijks wordt overgedragen. Die traditie vertoont opmerkelijke parallellen met de graallegende. Zo zijn de oorspronkelijke bestuurders van de monsters (hun levens zijn inmiddels stilgelegd) paladijnen van een doodzieke koning. Zo zijn de monsters op zoek naar een graal. Hun navigatiesysteem, dat waarschijnlijk nog van voor de apocalyps dateert, wijst hen zo goed en zo kwaad als dat gaat de weg.

Samen met geluidskunstenaar Sasker Scheerder heeft Han van der Vegt een voorstelling gemaakt in beeld, geluid en voordracht, waarin dit middeleeuwse sciencefictionepos tot leven komt. Samen brengen ze De Paladijnen vanavond integraal. Na de voorstelling schuiven Van Der Vegt en Scheerder aan bij Arie Altena voor een gesprek.

Als u voor de voorstelling wilt aanschuiven kunt u een reservering maken via het rode woord.

Aanvang 20.30; zaal open 20.00

maandag 5 oktober 2009

9 oktober 2009: Jo Peters PoëziePrijs 2008: Edwin Fagel

Dichtersfeest rond de prijswinnaar van de Jo Peters PoëziePrijs 2008 Edwin Fagel

met: Edwin Fagel, Tonnus Oosterhof, Saskia de Jong, Erik Menkveld, Marjoleine de Vos

De tweejaarlijkse Jo Peters PoëziePrijs werd in 2008 toegekend aan de dichter Edwin Fagel voor zijn bundel Uw afwezigheid. Een en ander vond plaats op de Avond van de Nieuwe Poëzie tijdens het Poëziefestival in Landgraaf.
De prijs is traditiegetrouw tweeledig opgebouwd: behalve geld krijgt de winnaar de opdracht een nieuwe bundel te schrijven, die in een bibliofiele uitgave zal verschijnen. Inmiddels is het zover: Fagel schreef Schilder en model, en het eerste exemplaar van deze speciale bundel zal op 9 oktober in Perdu aan hem worden uitgereikt.

Een keur aan dichters zal deze feestelijke gebeurtenis met hun optreden extra glans geven: Tonnus Oosterhoff, wiens werk onder meer bekroond werd met de VSB PoëziePrijs, Ester Naomi Perquin wier eerste bundel Servetten halfstok verschillende prijzen ontving en die onlangs Namens de ander publiceerde, en Saskia de Jong die in korte tijd fans en nominaties in de wacht sleepte met haar bundels Zoekt vaas en Resistent.

De avond zal worden gepresenteerd door Tsead Bruinja, en Edwin Fagel zal worden geïnterviewd door Marja Pruis. Bruinja en Pruis maken beiden deel uit van de jury van de Jo Peters PoëziePrijs, naast Wim van der Tol en Marjoleine de Vos.

Aanvang: 20.30, zaal open: 20.00

Van de prijsbundel Schilder en model zijn slechts 140 exemplaren gedrukt; de bundel zal deze avond te koop zijn voor € 35,-. Reserveren (een plaatsje in Perdu) zou wel eens slim kunnen zijn.

maandag 28 september 2009

Het zesde zintuig

"Toch begrijp ik niet waarom ik als lezer of dichter af zou moeten zien van het genoegen van de coherentie. Ik geef het toe: ook in mij huist een bloedserieuze calvinist of jezuïet, een asceet die ter wille van het hogere wil afzien van lagere genoegens. De waarheid gaat gekleed in grauwe tabberds. Maar kunst is niet alleen een feest voor de geest – het is ook een feest voor de zintuigen. In de gewaarwording van coherentie komen die beide samen. Het gaat misschien wel verder dan dat - misschien moeten we geen al te hoge hoed opzetten als het gaat om de menselijke geest, om de verfijnde bedradingskluwen die we onze hersenen noemen. Die bron van filosofie en ander knap denken, die onontkoombare verbindingslijn tussen de wereld en ‘onszelf’, zouden we misschien als niet veel anders moeten beschouwen dan als een zoveelste zintuig. Wie volwaardig wil leven, honoreert wat zijn zintuigen van hem verlangen. Voor het zesde zintuig ‘hersenen’ is de ervaring van coherentie een vorm van genot. Dat de samengesteldheid van de wereld ons dit genot onmogelijk lijkt te maken, betekent nog niet dat onze hersenen ervan zouden moeten afzien. Om deze bijzondere variant van het genot te kunnen ervaren, hebben we namelijk onder meer de poëzie."

"Wanneer ik een gedicht schrijf verzet ik mij tegen betekenisloosheid en beleef ik een intense en kortstondige gewaarwording van samenhang. Die gewaarwording verdwijnt snel – zeker wanneer ik aan een gedicht ga knutselen om de lezer een soortgelijke gewaarwording te bezorgen. Toch is het mooi als het lukt: uiteindelijk ben ik ook zelf een lezer van wat ik schrijf en dan heb in ieder geval bij één lezer iets moois bereikt. "

Lees hier de 'kleine poëtica' van Gert de Jager, die hij afgelopen vrijdag tijdens Vers Van Het Mes uitsprak.

Flessenpost

'Ik ben de mening toegedaan dat poëzie, zoals Rainer Maria Rilke dat schreef, vanuit innerlijke noodzaak geschreven moet worden. Schrijven doe ik omdat het voor mij onmogelijk is om niet te schrijven. In zekere zin is dit te verbinden met de flessenpost die door een zeeman vanuit een zinkend schip aan de golven wordt meegegeven: het is voor de zeeman noodzakelijk om de fles de zee in te werpen, het is zijn enige hoop op redding, het is de belichaming van zijn redding, de enige manier om zijn redding te bereiken.' Lees hier de 'kleine poëtica' na die Martijn Teerlinck vrijdagavond tijdens Vers van het Mes in Perdu uitsprak.

zondag 27 september 2009

2 oktober 2009: Kredietcrisis I - van Bovenaf

BARBAREN & CO ... en de verloren toneelteksten

Met o.m. (o.v): Martijn Kerkmeijer, Jaïr Stranders, Paul van Veen, Yaïr van der Wieken, Bram Huijten, Tobias Kokkelmans, Bo Tarenskeen en Loek Zonneveld

Barbaren & Co (de kleine toneelformatie Barbaren aangevuld met allerlei al of niet toneelspelende gasten) houdt regelmatig (geënsceneerde) lezingen van toneelstukken die in vergetelheid dreigen te raken of anderszins op boekenplanken liggen te verstoffen. Op 2 oktober trappen zij hun nieuwe seizoen af op hun nieuwe podium, Perdu. Op deze eerste avond: Kredietcrisis I - van Bovenaf. Barbaren & Co presenteert John Gabriel Borkman - een bankroetiersfarce van de Noorse schrijver Henrik Ibsen.

Een impressie: bankier Borkman, acht jaar geleden ontslagen uit de gevangenis, waar hij vijf jaar vast zat wegens grootschalige bankfraude, bezint zich op een grootscheepse terugkeer om de maatschappij opnieuw te redden. Zijn vrouw is slechts geïnteresseerd in herstel van de familie-eer. Zijn gewezen minnares én schoonzus klampt zich vast aan de laatste restjes van haar leven en aan haar geestelijke nalatenschap. En zijn zoon wil eindelijk een keer gaan ademen en léven buiten de spinnewebben van zijn verleden. Met maar liefst twee vrouwen tegelijk. Een inktzwarte tragikomedie.

Als voorgerecht worden enkele onbekende schetsen en vaudevilles van Anton Tsjechov gepresenteerd. En het nagerecht is een verlate hommage aan de afgelopen zomer overleden choreografe Pina Bausch.

Barbaren & Co verwachten in de komende maanden de volgende programma's te brengen. Maandagavond 9 november: Berlijnse Muur twintig jaar verder (een tekst- en beelddocumentaire). In december een avond met Judith Herzberg-teksten waaronder Kras (1989); in januari 2010 Kredietcrisis II - van Onderen Bertolt Brecht De heilige Johanna van de Slachthuizen; in februari 2010 Ueber allen Gipfeln ist Ruh - een schrijverskomedie van Thomas Bernhard.

Aanvang: 20.30; zaal open: 20.00
Reserveren via deze link naar de Perdu-website

dinsdag 22 september 2009

Perdu op De Amsterdamse Lezing

'Het tekende de lezingen: iedere spreker keek vanuit de eigen agenda naar de kwestie, waardoor er in feite verschillende discussies door elkaar heen gevoerd werden.' Op De Amsterdamse Lezing, het weblog van de leerstoelgroep moderne Nederlandse letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam, verscheen een recensie van de avond die Perdu op vrijdag 18 september organiseerde over Vaessens' De revanche van de roman.

maandag 21 september 2009

25 september 2009: Vers van het Mes XV

Met: Gert de Jager, Matthijs Ponte, Martijn Teerlinck, e.a.

Voor de vijftiende keer presenteert Perdu onder de noemer Vers Van Het Mes een aantal nog niet gedebuteerde dichters uit Nederland en Vlaanderen. Vers Van Het Mes is geen poetry slam, geen open podium, geen wedstrijd. De deelnemende dichters krijgen de tijd en de gelegenheid zich uitgebreid te presenteren. Dit doen ze middels een voordracht en door het presenteren van een Kleine Poëtica, waarin ze zich uitspreken over hun werk, het poëzielandschap en hoe ze zichzelf daarin zien.

Aanvang: 20.30
Deur open: 20.00

Reserveren

dinsdag 11 augustus 2009

Vrijdag 18 september 2009: (Laat-) Postmodernisme revisited

Naar aanleiding van De revanche van de roman van Thomas Vaessens

Met:
Met: Willem Bongers, Ernst van den Hemel, Nicoline Timmer en Sven Vitse

'Maar hoe dood is de literatuur echt? Moeten we uitsluiten dat zij na het postmodernisme nog een vitale rol in de samenleving of zelfs maar in het intellectuele leven zou kunnen vervullen?' Die prangende vraag stelt Thomas Vaessens in zijn recente, inmiddels geruchtmakende studie De revanche van de roman.

Hij beschrijft hierin hoe Nederlandse schrijvers, waaronder Arnon Grunberg, Charlotte Mutsaers en Marjolijn Februari, reageren op veranderingen in de cultuur en hoe deze veranderingen bij hen tot een nieuwe houding hebben geleid. Cruciaal is de rol die het postmodernisme hierin speelt. Eens werd dit postmodernisme als een bevrijding ervaren, maar nu de postmoderne twijfel is ingezonken, lijkt het de literatuur in een verstarrende impasse te hebben gebracht.

Hoe deze impasse te doorbreken, zonder terug te keren naar het weinig zelfbewuste modernisme, waarmee het postmodernisme terecht afrekende? Dat is de vraag die deze, door Vaessens laatpostmodern genoemde auteurs zich stellen.

Het is een discussie die eens in de zoveel tijd op lijkt te laaien. Dat het postmodernisme op z'n retour is mag inmiddels dan ook geen nieuws meer heten, maar hoe een geëngageerde literatuur voorbij het postmodernisme eruit zou kunnen zien, lijkt nog altijd een open vraag. Perdu neemt in de seizoensouverture de tijd om het terrein dat Vaessens ontgint verder te verkennen en nodigde een aantal academici uit zich over deze vraag te buigen.

Sven Vitse zal, aan de hand van een aantal literaire casestudies, toelichten waarom hij denkt dat in het laatpostmodernisme misschien toch iets te gemakkelijk van het postmodernisme wordt afgestapt. Nicoline Timmer, die promoveerde op een drietal 'post-postmoderne' Amerikaanse auteurs, zal ingaan op de Angelsaksische achtergronden van de discussie die Vaessens aanzwengelde. Willem Bongers zal spreken over het werk van Kader Abdolah. Geen postmodernist, maar wel een schrijver die zich op vele podia uitspreekt over actuele kwesties, en daarmee aan zijn status als publieke intellectueel beitelt – volgens Vaessens bij uitstek een kenmerk van de laatpostmoderne schrijver. Samen laten hun beschouwingen de veelkantigheid zien van de problematiek die in De revanche van de roman aan de orde komt.

Aanvang: 20.30; deur open: 20.00.

Reserveren kan nu al. Een eerste stap daartoe zet u door hier te klikken. U komt dan op een pagina van de Perdu website terecht met informatie over het programma en een reserveringsformulier.



dinsdag 30 juni 2009

Verloren Podcast, afl. 2: Rudi Visker over de authentieke ander

http://www.versspreken.nl/verlorenpodcast/verlorenpodcast2rudivisker.mp3Aflevering 2 van de Perdu's Verloren Podcast is online, en gratis te downloaden. In de Verloren Podcast staat steeds een opname centraal van een performance of een lezing uit de Avondenprogrammering van Perdu. Deze keer: de lezing van Rudi Visker uit het programma "De Authentieke Ander", dat op 6 maart 2009 in Perdu plaatsvond.

Visker is filosoof en als hoogleraar verbonden aan het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte aan de Katholieke Universiteit Leuven. Bij Boom/Sun verschenen zijn boeken Lof der zichtbaarheid en Vreemd gaan en vreemd blijven.

Zijn lezing is rijk, rethorisch sterk en uiterst actueel. Je kunt hem downloaden en/of beluisteren hier of via iTunes.

De foto bij dit bericht is van Roeland Fossen. Meer lezen over Visker in relatie tot het onderwerp kan hier. Laat hieronder weten wat je van de lezing vond.

dinsdag 23 juni 2009

Vrijdag 26 juni 2009: Het definitieve eindfeest

Met o.m.: David Sneek, Martin van der Galiën, Rozalie Hirs, Hilde Meeus, K. Michel (o.v.), Matthijs Ponte, Geert S. Simonis, Hedde Zijstra, Miek Zwamborn (live vanuit Zwitserland) e.a.

Muziek: Trio C tot de derde

de•fi•ni•tie de; v -s beschrijving van wat iets is: per ~uit de aard der zaak, vanzelfsprekend

Ook zo genoeg van alle vragen? Wat is literatuur, wat is poëzie, wat is engagement, wat is een eind, wat is een feest, wat is Perdu, wat is een definitie?

Perdu maakt een eind aan alle onzekerheid, met Het definitieve eindfeest. Een avond waarop we alles definiëren, van concreet tot abstract, van grof tot subtiel, van het grootste tot het kleinste, van het allerbelangrijkste tot het meest futiele. U kunt de zomer in zonder vragen. U kunt heerlijk uitrusten tot het volgende Perdu-seizoen. En in september beginnen we gewoon weer opnieuw, met alles te herdefiniëren en alles te bevragen. Tot die tijd: leef in zekerheid!

Aanvang 20:30 uur, zaal open 20:00 uur.
Reserveren is mogelijk via het formulier op de Perdu-website

dinsdag 16 juni 2009

Vrijdag 19 juni 2009: Documentaire poëzie

Met: Bart de Block, Ingrid van der Voort en Samuel Vriezen


Randall Tobias, global coordinator for AIDS, is a Republican.
After two years, only 2% of the $18 billion allotted to fight AIDS has been spent. One-third of it, by law, must be used for "abstinence education." Much of the rest will be spent on drugs. Tobias decides whether the Administration will purchase generic drugs or name-brand drugs, which are three to five times as expensive. Tobias is the former CEO of the pharmaceutical corporation Eli Lilly, which has donated at least $1.5 million to Republicans since 2000.
(Eliot Weinberger, uit: Republicans: A Prose Poem)

Bovenstaande tekst is geen nieuwsbericht, maar een fragment uit het gedicht Republicans: a Prose Poem, een hilarische opsomming van Republikeinse activiteiten en denkbeelden in de nasleep van de aanval op Irak. Het gedicht is een mooi voorbeeld van documentaire poëzie: poëzie die zich expliciet presenteert als een vorm van documentatie en zich situeert te midden van feiten, gebeurtenissen en situaties.

Op 19 juni staat in Perdu de spanning die het gebruik van documentaire vormen oproept centraal: de dichter lijkt ermee zowel een verhouding te zoeken tot de objectieve wereld en de wijze waarop die gemediatiseerd tot ons komt, als dat hij of zij die verhouding zelf documenteert. Documentaire vormen – nieuwsberichten, wetsteksten, rapporten – worden, door hun incorporatie in poëzie, getransformeerd en met nieuwe betekenissen opgeladen. Het resultaat is geëngageerde, conceptueel vaak scherpe poëzie.

Behalve aandacht voor het werk van Eliot Weinberger zal er aandacht zijn voor het werk van Juliana Spahr. Ook haar werk wordt gekenmerkt door de hierboven beschreven spanning in het gebruik van documentaire vormen. Ze reflecteerde op de oorlog in Irak (in This Connection of Everyone With Lungs), onderzocht de politieke status van Hawaii (in Fuck you – Aloha – I love you) en schreef met witness een serie gedichten over AIDS.

Het laatste gedicht werd door Bart de Block in het Nederlands vertaald en verscheen in het onlangs opgerichte tijdschrift Kluger Hans. Bart de Block zal, onder verwijzing naar Lyn Hejinian en Gertrude Stein, de poëzie en poëtica van Spahr duiden, met aandacht voor de rol en betekenis van het documentaire hierin. Ook zal hij kort ingaan op het gebruik van documentaire vormen en technieken bij andere hedendaagse Amerikaanse dichters. Samuel Vriezen zal inzicht verschaffen in de beweegredenen van het gebruik van documentaire vormen bij een groot aantal andere Amerikaanse dichters, onder wie Leslie Scalapino, Susan Howe en Ron Silliman.


Aanvang: 20:30 uur, zaal open: 20:00 uur.

Reserveren kan via het formulier op de Perduwebsite

dinsdag 9 juni 2009

Vrijdag 12 juni 2009: Ziekte als metafoor

Met: Arko Oderwald, Karin Spaink (o.v.), Gerard Steen, Oliver Oat and his Magnificent Moving Orchestra

NOG ENKELE PLAATSEN VRIJ. RESERVEREN VOOR DEZE AVOND WORDT AANBEVOLEN

De geëngageerde schrijfster en essayiste Susan Sontag (1933-2004) wordt wereldwijd geroemd om haar beschouwende, kritische essays. Met Illness as metaphor (1978) presenteerde ze een vernieuwende benadering van het menselijk lichaam, waarin ziekte als metafoor wordt voorgesteld. Medische diagnoses zoals tuberculose, kanker en AIDS worden overschaduwd door hardnekkige mythen over oorzaken, eigenschappen en gevolgen van de ziekte. Sontag toonde dit doeltreffend aan met fragmenten uit het werk van onder anderen Tolstoi, Baudelaire en Victor Hugo:


"Het kloosterleven, zoals dat in Spanje bestond en nog steeds in Tibet bestaat, is voor de samenleving een soort tuberculose. Het snijdt het leven af. Heel simpel gezegd: het ontvolkt. Het is eenzame opsluiting, castratie. In Europa was het een plaag."
(Les Misérables, Victor Hugo)

In het verlengde van Sontags denkbeelden over ziekte, beeldvorming en literatuur verzorgt Medisch Centrum Perdu een bijzonder avondprogramma. Arko Oderwald is werkzaam bij de afdeling Metamedica van het VUmc en universitair hoofddocent Filosofie en Medische ethiek. Vanuit deze achtergrond zal hij Sontags visie kort toelichten en van commentaar voorzien, want de inhoud van Illness as metaphor leent zich nog altijd – ook ruim dertig jaar na publicatie – voor discussie.

Een ander geluid komt bijvoorbeeld uit de richting van schijfster, columniste, activiste, essayiste en feministe Karin Spaink. Het autobiografische Het strafbare lichaam. De orenmaffia, kwakdenken en het placebo-effect (1992) is een afrekening met de metaforische benadering van ziekte en invaliditeit. Spaink zal deze stellingname in een lezing verder toelichten. Om het literaire aspect van de metafoor niet uit het oog te verliezen, wordt er ook vanuit literair-kritische hoek op het thema gereflecteerd.

De artistieke omlijsting van de avond is in handen van Oliver Oat and his Magnificent Moving Orchestra. Gewapend met blaasorgel, ukelele en percussie geven zij een unieke, cabareteske visie op het onderwerp van de avond.

Aanvang: 20:30 uur; zaal open: 20:00 uur

Voor een reservering klopt u hier aan bij de website van Perdu.

dinsdag 2 juni 2009

Vrijdag 5 juni 2009: Liefde en afstand

Met: J.Z. Herrenberg, Dominiek Hoens, Jelle Koopmans

“L'amour, c'est donner quelque chose qu'on n'a pas”, zo luidt de beroemde uitspraak van psychoanalyticus Jacques Lacan. Op 5 juni wil Perdu ruimte bieden voor het bespreken van de afstand die de bovenstaande paradox veronderstelt. Lacan noemt de liefde twaalf jaar later in zijn seminarie Encore “ce qui supplée au rapport sexuel” – de relatie die hij eerder met de kwalificatie 'non-existent' had geproblematiseerd.

De Gentse filosoof Dominiek Hoens promoveert op de behandeling van liefde bij Lacan en Badiou. Alain Badiou formuleerde in twee stukken (Qu'est-ce que l'amour en La scène du Deux) een wijsgerige reconstructie van de liefde die zich enerzijds afzet tegen drie door hem geïdentificeerde schema's en tegelijkertijd voortborduurt op een daarvan, het lacaniaanse: “Liefde is geen emotionele toestand, ze is niet te herleiden tot bepaalde evolutionaire mechanismen en evenmin een effect van socio-culturele wetten of wetmatigheden. Liefde is militant denken: geen conceptuele analyse en geen uitgezuiverde logische analyse maar een denken dat wezenlijk anti-filosofisch is omdat het het verondersteld beschikbare weten uitdaagt en ter discussie stelt”, schrijft Hoens over Badious liefdesfilosofie in het artikel Love Will Tear Us Apart, gepubliceerd in Yang 1.2004. Liefde vertegenwoordigt voor Badiou een moment van waarheid. Dominiek Hoens zal verslag doen van zijn onderzoek, waarin hij onder meer in zal gaan op de scheiding tussen waarheid en weten die aan een dergelijke positie ten grondslag ligt.

Na deze theoretische fundering zal er aandacht zijn voor de plaats die de afstand in een liefdesverhouding inneemt in de literatuur. Onmiskenbaar hierbij is de bron van subversiviteit die deze afstand vormt in de hoofse lyriek. Ter afsluiting zal J.Z. Herrenberg zijn hartverscheurende verhaal Love Is Here voorlezen, dat later in de maand wordt gepubliceerd in het tijdschrift DWB.

Aanvang: 20:30 uur; zaal open: 20:00 uur. Reserveren: klik hier

dinsdag 26 mei 2009

Ik wil een manifest waar langer dan vijf minuten over nagedacht is


Foto:
Dolf Verlinden

Erik Jan Harmens stelde de bloemlezing ik ben een bijl samen, met poëzie ‘die ertoe doet’. De inleiding die hij erbij schreef is echter eerder genant dan relevant.

Stijlfiguren

'Ik wil poëzie die op geen enkele manier vrijblijvend is. Ik wil poëzie die zich aan iets committeert. Ik wil poëzie die zich op zijn minst aan zichzelf committeert.' Zo begint Harmens’ inleiding, die overigens intergraal te lezen is bij Trouw, en alleen al deze eerste drie zinnen illustreren perfect wat er aan de retorische structuur van de hele redenering scheelt.
Harmens zegt telkens hetzelfde, op dezelfde manier. Hoe meer hij echter hetzelfde zegt, hoe minder zijn woorden nog betekenis hebben. Harmens’ retoriek wist zichzelf uit.
Ga maar na. De eerste zin is nog uiterst ferm en daadkrachtig: vrijblijvende poëzie is niet wenselijk, op geen enkele manier. De poëzie moet zich ‘aan iets’ committeren. Waaraan is blijkbaar minder belangrijk - mag de poëzie zich misschien ook aan iets vrijblijvends committeren? Vervolgens formuleert Harmens de ondergrens van het commitment: de poëzie moet zich op zijn minst aan zichzelf committeren.
Wat blijft er dan nog, zo vraag ik mij af, van dat eerste statement over? De poëzie moet ergens een verbinding mee aangaan. Waarmee dan? Met iets. Sorry, waarmee? Met zichzelf.
Het is een klassieke anticlimax. Met die constatering komen we bij een ander eigenaardig aspect van Harmens’ inleiding: de diepe wantrouwigheid die eruit spreekt ten opzichte van de stijlfiguur. Harmens wil geen alliteraties en geen enjambementen meer en metaforen zijn verdacht en volkomen uitgekauwd.
Voor het gemak gaan we er dan maar aan voorbij dat de gehele inleiding bij Harmens’ bloemlezing opgebouwd is rond een enkele stijlfiguur: de anafoor. Ik heb ze niet geteld, maar ik vermoed dat ongeveer tweederde van Harmens’ zinnen beginnen met de woorden ‘Ik wil’. Nu is een inleiding uiteraard geen poëzie, maar het doet Harmens’ argument op zijn zachtst gezegd geen deugd dat het enerzijds diep wantrouwig is ten opzichte van stijl, en anderzijds slechts op stilistisch niveau iets van samenhang vertoont.
Ook aan het gebruik van de door hemzelf zo in een hoek gedrukte metafoor, ontkomt Harmens niet. “Ik wil poëzie die heult, broeit, kweelt, steekt, roetsjt, schmiert, ontzet, verwringt en zogenaamd paait.” Ieder van deze werkwoorden veronderstelt een metafoor. Die is niet altijd even helder (‘heulen’ doet men in de regel met iets of iemand), maar bijvoorbeeld het idee van een poëzie die broeit, veronderstelt de volgende metafoor: poëzie is een hooiberg. Poëzie is een zanger, poëzie is een mes, poëzie is een acteur.
De metafoor mag niet van Harmens, omdat “alles al met elkaar vergeleken [is]”. Wat mag dan wel? De metaforen die ik hierboven noemde, representeren de poëzie naar Harmens’ wens. De poëzie als een gezang, of een zanger, de poëzie als een acteur, poëzie als iets dat gevaarlijk is: het zijn de meest afgrijselijke clichés die hier ten berde worden gebracht.
Op welke grond was hier aan de dichter ook alweer het gebruik van de metafoor ontzegd? Juist.

Sjembek

Deze verregaande onhandigheid, deze ongemakkelijke houding ten opzichte van retorische middelen, waarbij de retoriek zowel bedreven als verboden wordt, is volgens mij een uitwas van Harmens’ weigering om de verhouding tussen taal en werkelijkheid te overdenken. Marc Reugebrink doet al haarfijn uit de doeken hoe Harmens zich vastdraait in het idee dat literatuur de werkelijkheid representeert. ‘Literatuur produceert werkelijkheid’, legt Reugebrink uit, en het zegt veel, zo niet alles, over het niveau van Harmens’ inleiding dat het nodig is om zo’n basaal besef nog eens voor hem voor te kauwen.
Was taal, om Harmens’ opzet toch even te volgen, nu wel in staat om de werkelijkheid te representeren, dan zou ze daar geen retorische ‘trucs’ voor nodig hebben. Trucs, zo maakt Harmens’ inleiding ons immers duidelijk, verhelderen niets, ze verhullen. Retoriek zegt het een en bedoelt het ander. Harmens eist op luidruchtige wijze een taal die precies zegt wat er bedoeld wordt. Daarom verbant hij het vrij willekeurig aandoende trio de metafoor, het enjambement en de alliteratie uit de poëzie. Eindrijm bijvoorbeeld mag blijkbaar gewoon nog, of is wellicht intussen zo uitgerangeerd dat het niet meer ter sprake hoeft te komen.
Schaf je de stijlfiguur af, dan verdwijnt de poëzie. Zelfs Harmens weigert dat kind met dat badwater weg te gooien. Daarom blijft zijn poging halfslachtig. Dit is de onhandigheid waar ik het zoëven over had. Aan de ene kant is er bij Harmens het besef dat in de taalheidsopvatting die hij hanteert, retoriek het zicht op de werkelijkheid vertroebelt. Aan de andere kant is er ook ergens een besef van de retorische aard van de poëzie. Bepaalde retoriek is daarom wel toegestaan: “Ik wil poëzie die dezelfde mate van creativiteit en taalplezier uitstraalt als de raps van De Jeugd Van Tegenwoordig.” Ik zou ook best De Jeugd Van Tegenwoordig willen zijn, maar laten we vooral niet doen alsof de Jeugd geen stijlfiguren gebruikt, of andere stijlfiguren tot zijn beschikking heeft dan de ouderen van tegenwoordig.
We hebben hier te maken met retoriek die geen retoriek mag heten. Wat bij De Jeugd Van Tegenwoordig ‘creativiteit en taalplezier’ heet, is elders een ‘abject alomtegenwoordig apenkunstje’. Ontkennen dat hier alliteratie plaatsvindt lijkt me in elk geval niet mogelijk: ‘Je bent een sjembek dat zeurt, maar je weet niet watskeburt, watskeburt, watskeburt.’
Het discours is intussen al onherroepelijk stuk. Niets kan deze onzin nog aan elkaar praten. Typisch genoeg probeert Harmens’ dit juist wel. En nog veel typischer is zijn oplossing een retorische.
Een eerste voorbeeld daarvan zagen we al voorbij komen: de constante dreunende anaforen waaraan Harmens zijn lezer blootstelt. Ik wil, ik wil, ik wil... De eenheid die in de gedachte ontbreekt, wordt in de vorm wel bereikt.
Er is daarnaast nog een manier waarop Harmens de breuk tussen taal enerzijds en werkelijkheid anderzijds probeert te lijmen. Dat is door het authentieke in te zetten als ultieme toetssteen.

Implosiegevaar

Bij een eerste lezing lijkt de crux van Harmens’ betoog in de vierde alinea te zitten. Harmens ‘wil dat poëzie een reflectie is van de tijd waarin ze is geschreven.’ Vervolgens geeft hij een samenvatting van alle NOS-journaals van de afgelopen paar jaar.
Reugebrink geeft al terecht aan dat het nieuws niet de werkelijkheid is. Ook Harmens begrijpt dat het journaal geen poëzie is. Daarom zal er toch wel degelijk iets met het materiaal, de ‘werkelijkheid’ moeten gebeuren, voor het goede poëzie wordt. De poëzie moet het journaal bevatten, maar ‘niet letterlijk natuurlijk, want poëzie dient zich niet letterlijk aan. Ze verbeeldt iets.’
Wat onderscheidt nu die goede verbeelding van de foute stijlfiguur? Noodzaak bijvoorbeeld. Harmens eist ‘poëzie die klaarblijkelijk geschreven móést.’ Of eigenzinnigheid en afwijzing door de gevestigde orde: ‘poëzie die op de schrijversvakschool wordt weggehoond’ - overigens een voorbeeld dat zichzelf alleen al omwille van zijn eigen clichématigheid direct in de staart bijt. Overrompelende, onmatige poëzie wil Harmens, wakkere, gevaarlijke poëzie die géén entertainment is.
De onderliggende eis is dat de poëzie echt is, dat ze authentiek is. Uiteindelijk scheidt de notie van het authentieke de goede van de slechte poëzie. Authentieke poëzie kan, ondanks haar gekunsteldheid, ondanks dat ze ‘verbeeldt’, de werkelijkheid representeren. Althans, dat neemt Harmens aan. Trucjes zijn slecht omdat ze de werkelijkheid verhullen.
‘Ik wil poëzie die zich niet bedient van trucjes. Dichten is niet: iets zo zeggen dat mensen op het verkeerde been gezet worden. Dichten is niet: allerlei trucjes tot in de puntjes beheersen. Dichten is: lyrisch verbeelden.’
Verbeelding is iets goeds omdat het iets onthult, omdat de juiste vorm van verbeelding de grens tussen gedicht en werkelijkheid opheft: ‘Als de verbeelding niet guur is maar behaaglijk warm, meen ik dat poëzie zich ophoudt onder een kaasstolp. En ik wil geen poëzie die zich ophoudt onder een kaasstolp.’
Zonder authenticiteit is de poëzie veroordeeld tot een bestaan onder de kaasstolp van de taal. Maar het authentieke is zelf slechts mogelijk in de taal. Dat is duidelijk te zien aan de verwijzingen waarmee Harmens het authentieke aanwezig stelt in zijn tekst. Telkens noemt hij het inauthentieke in negatieve zin, en stelt hij daar het authentieke tegenover, dat niet anders dan uiterst vaag omschreven wordt. Het authentieke is daarmee het niet-inauthentieke. Authentiek is je niet aan de regels van het burgerlijke leven of de schrijversvakschool houden, authentiek is het niet-vrijblijvende, het onmatige, het nergens op lijkende, het niets verhullende.
Er zijn ook enkele positieve referenties aan wat authentiek zou kunnen zijn. Zo functioneren bijvoorbeeld de straattaal en de hiphop (van De Jeugd Van Tegenwoordig) als aanduidingen van authenticiteit. Maar straattaal en hiphop zijn zelf niet authentiek: ze incorporeren slechts het discours van het authentieke, of krijgen het van buiten opgelegd.
Het authentieke veronderstelt als begrip dat het een ultieme grond heeft - dat is ook de reden waarom Harmens hoopt dat het authentieke de scheur in zijn discours kan repareren. Via het authentieke zou het mogelijk moeten zijn om aan de werkelijkheid te raken. Dat gebeurt echter niet. Integendeel: Harmens’ tekst is door en door retorisch van aard, juist in de wijze waarop geprobeerd wordt het authentieke te representeren.
In Harmens’ betoog wordt iets heel eigenaardigs geprobeerd. Hij wil dat de taal op niet-retorische wijze aan de werkelijkheid raakt. De manier waarop hij dat doet, is paradoxaal genoeg, retorisch. Dat maakt zijn tekst tot een onmogelijkheid.
Die onmogelijkheid wordt als het ware gesublimeerd in het begrip van het authentieke. De ongrijpbaarheid van het authentieke maakt dat het lijkt alsof daarin de oplossing gelegen is. Dat is echter schijn. Ook het authentieke is retorisch, is talig.
Daarmee is het echec van deze tekst compleet.
Toen Ilja Leonard Pfeiffer deze inleiding en het bijbehorende ‘Manifest voor een riskante literatuur’ op de Contrabas een autobom noemde, vergiste hij zich. In plaats van een dodelijke terroristische ontploffing, zien we hier een jammerlijke implosie.

maandag 25 mei 2009

Vrijdag 29 mei 2009: Ik ben een god in het belangrijkste van mijn ideeën: Flarf

Ik ben een god in 't belangrijkste van mijn ideeën: presentatie van Flarf, een bloemlezing

Met: Ton van 't Hof, Willem Bongers, Ernst van den Hemel, Hans Kloos, Kiene Brillenburg Wurth, Nanne Nauta, Jeroen van Rooij, Mark van der Schaaf, sven staelens en Erwin Vogelezang

In het begin van het nieuwe millennium stak in de Verenigde Staten een nieuwe poëtische avant-garde de kop op: flarf. Een groep dichters die zo slecht mogelijke poëzie wilden schrijven begon zich rondom een mailinglijst te verenigen. Hun teksten hadden met elkaar gemeen dat ze samengesteld waren uit het talige vuilnis dat ook toen al een groot deel van het internet besloeg.

Intussen is er veel veranderd en veel hetzelfde gebleven. De leden van het oorspronkelijke flarfcollectief hebben intussen meermaals de stap van een mailinglist naar een papieren bundel gemaakt. De afhankelijkheid van internetcollagetechnieken is gebleven, maar de beweging is groter gegroeid en heeft internationale navolging gekregen.

Zo ook in Nederland. Ton van ‘t Hof, flarfdichter van het eerste uur en redacteur van het weblog De Contrabas, heeft een groep Nederlandse flarfdichters bij elkaar gebracht om een gezamenlijke bloemlezing te maken. De groep bestaat uit Ton van ‘t Hof zelf, Willem Bongers, Hans Kloos, Nanne Nauta, Jeroen van Rooij, Mark van der Schaaf, sven staelens en Erwin Vogelezang. Op deze avond presenteert Perdu een gevarieerd programma met en over flarf, waarbij de bloemlezing, die de simpele titel Flarf, een bloemlezing heeft gekregen, gepresenteerd wordt.


Aanvang: 20.30 uur; deur open: 20.00 uur
Reserveren: vul het formulier waar u naar toe geloodst wordt door hier te klikken.

maandag 18 mei 2009

Zondag 24 mei 2009: Friedrich Hölderlin en de verdwenen goden

Een middag over poëzie, politiek en gemeenschap.

Met: Eric Bolle, Stefan Hertmans en Ernst van den Hemel (moderator)

In het gedicht “Brot und Wein” stelt Hölderlin de inmiddels bekende vraag: “Wozu Dichter in dürftiger Zeit?”. Hij vindt zijn tijd, de moderne tijd, behoeftig omdat de goden er afwezig zijn en het fundament voor een levende gemeenschap daardoor ontbreekt. Wat moeten dichters in een samenleving waar elk goddelijk gezag ontbreekt, vraagt Hölderlin zich af en hij wordt volgens de Italiaanse filosoof Giorgio Agamben (1942) daarmee grondlegger van de moderne poëzie. In al zijn werk, zijn gedichten, zijn brievenroman Hyperion, zijn vertalingen van Sophocles, probeert Hölderlin een antwoord te geven op de vraag hoe de mens zich moet verhouden tot dat wat onbeheersbaar is. Dat maakt zijn werk actueel.

Schrijver en dichter Stefan Hertmans en filosoof Eric Bolle geven deze middag een lezing over Hölderlin waarbij ze zullen ingaan op de relevantie van Hölderlin voor het denken over gemeenschap en politiek. Daarna gaan ze in gesprek onder leiding van Ernst van den Hemel.

Aanvang: 14.00 uur; Deur open: 13:30
Reserveren kan door het formulier op de Perdu-website in te vullen, klik daarvoor hier.

maandag 11 mei 2009

Vrijdag 15 mei: 'De hele wereld is aanwezig' - Avond rondom Rein Bloem

Met: H.C. ten Berge, Georgina Collington (piano), Lara Diamand (zang) F. van Dixhoorn, Boudewijn de Groot, Anthony Heidweiller (zang), Hanny Hefting (piano), Lucas Hüsgen, Ernst Jansz, Hans Kloos, Onno Kosters, Jan Kuijper, Peter van Lier, K. Michel, Martin Reints, Willem Witteveen en Chris Keulemans (presentatie)










F
oto: Viane Bloem

Rein Bloem (1932-2008) was vanaf de jaren ’60 tot na de eeuwwisseling een prominente figuur in de Nederlandse cultuur. Hij was dichter van een opmerkelijk oeuvre en daarnaast criticus, essayist, vertaler, docent en filmmaker. In tal van toonaangevende literaire tijdschriften en weekbladen (Raster, De Revisor, De Gids, Bzzlletin, Yang, Parmentier, Poëziekrant, Vrij Nederland en de Groene Amsterdammer ) schreef hij over literatuur – met name poëzie – en ontpopte hij zich als ontdekker van nieuw belangwekkend werk. Dichters als Hans Faverey, Kees Ouwens en Jacques Hamelink hebben hun bekendheid voor een groot deel aan Rein Bloem te danken, maar ook oude dichters, zoals Gorter en Hadewych werden door Bloem een nieuw leven geschonken.

Bij Perdu was Rein Bloem jarenlang een graag geziene gast. Hij kon er zijn liefde voor onbekende, “ontoegankelijke” dichters met anderen delen, onder zijn begeesterende leiding werden er in het vertaalatelier gedichten van Wallace Stevens vertaald en bij het twintigjarig jubileumfeest van Perdu droeg hij, al de eerste tekenen van afasie tonend, maar met verve, samen met zijn vrouw Marijke gedichten voor.

Op deze avond brengen mensen uit verschillende kringen de veelzijdige Rein Bloem een eerbetoon. Dichters die hij stimuleerde lezen gedichten van hem en henzelf voor. Anthony Heidweiller en Lara Diamand brengen liederen ten gehore die Bloem dierbaar waren (liederen van Mompou, waarover hij ook schreef, en Elizabethaanse liederen). H.C. ten Berge zal een lezing houden over, onder meer, Bloems betrokkenheid bij Raster. K. Michel heeft het over het vertaalatelier waarvan hij deel uitmaakte. Boudewijn de Groot – oud-leerling – haalt herinneringen op aan de leraar Bloem. Lucas Hüsgen bundelde een selectie van Bloems beschouwend werk en licht alvast een tipje van de sluier op en Willem Witteveen ten slotte vertelt hoe Rein Bloem de poëzierubriek in het blad Socialisme & Democratie jarenlang wist te vullen. Er zullen ook (film)beeld- en geluidsmateriaal te zien en te horen zijn.

Filmmuseum
Een aspect van Rein Bloem dat op deze literaire avond niet aan de orde kon komen is Bloems liefde voor de film. Hij maakte veel films, vaak over literaire onderwerpen en beeldende kunst, waaronder Dichter(s) bij Segers (1977), over de Nederlandse zeventiende-eeuwse schilder Hercules Segers en de film Van de aarde, over de Bretonse beeldend kunstenaar Tal-Coat. Het filmmuseum heeft vorig jaar een aantal van Bloems films gerestaureerd en zal vier ervan op dinsdag 19 mei in het filmmuseum vertonen. Net als de avond bij Perdu wordt deze avond gepresenteerd door Chris Keulemans. Voor meer informatie zie: www.filmmuseum.nl

LET OP: Vervroegde aanvangstijd: 20:00 uur; zaal open: 19:30 uur

Deze voorstelling is volgereserverveerd.
Bovenop het maximaal aantal reserveringen wordt een wachtlijst bijgehouden. Een deel van de mensen op deze wachtlijst maakt kans op de avond zelf alsnog een kaartje voor deze voorstelling te kunnen kopen, dit afhankelijk van het aantal kaartjes dat vrijdagavond niet afgehaald is.
Voor een plaats op deze wachtlijst vult u uw gegevens in op het reserveringsformulier op de Perdu-website.

maandag 4 mei 2009

Vrijdag 8 mei: Verloren Filosofen: F.W.J. Schelling

Met: Ernst-Otto Onnasch, Samuel Vriezen, e.a.


Vanaf het wintersemester 1790-91 krijgen Hegel en Hölderlin er op het Tübinger Stift, waar zij theologie studeren, een jonge kamergenoot bij: Friedrich Schelling.
Tijdens de intensieve vriendschap die ontstaat, schrijven de drie het Oudste systeemprogramma van het Duitse idealisme. Schelling en Hölderlin beginnen samen Kant te bestuderen maar Hegel blijft afzijdig. De daaropvolgende jaren ontwikkelen deze twee zich tot grootheden in respectievelijk de filosofie en de poëzie. Hegel blijft ondertussen vlijtig studeren.

Jaren later, in de tijd dat Schellings briljante filosofische excursies – over onder meer kunst, vrijheid, absolute identiteit, de verhouding tussen natuur en geest – maar niet willen leiden tot een algemeen systeem, publiceert Hegel zijn monumentale Fenomenologie van de geest met in het voorwoord een meedogenloze kritiek op de ‘identiteitsfilosofie’ (van Schelling, hoewel niet zo aangeduid), die Hegel beschrijft als “de nacht waarin alle koeien zwart zijn”.Vanaf dat moment zijn de twee oude vrienden rivalen en delft Schelling in zekere zin het onderspit, hevig en nu openlijk bekritiseerd door de rijzende ster Hegel. Na zijn dood wordt Schelling nog door koning Frederik Willem IV naar Berlijn gehaald om het volgens hem uit zijn voegen gebarsten hegelianisme te bestrijden. Zijn colleges slaan echter niet aan (hij wordt gehoond door de jongelui Kierkegaard, Engels en Burckhardt) en hij trekt zich verbitterd terug uit het openbare leven.

In de loop van de twintigste eeuw is men echter het belang van Schellings denken gaan inzien, zijn denkers als Heidegger, Habermas en Žižek diens gewaagde verweving van natuur, geschiedenis en kunst, gaan (her)waarderen en blijken zijn werken vanuit een hedendaags denkkader voor een vruchtbare herlezing vatbaar te zijn.

Met dit programma begint in Perdu een nieuwe reeks, getiteld Verloren Filosofen. Een reeks (inleidende) uiteenzettingen over het werk van denkers die om de een of andere reden uit de gratie zijn geraakt, eenvoudigweg nooit serieus genomen zijn, of op een andere manier voor de hedendaagse lezer zijn verloren. Aan het eind van elke avond moet na een aantal confronterende vragen duidelijk worden waar de filosoof in kwestie deze status aan te danken heeft, in hoeverre dat terecht is en hoe de mogelijkheden liggen om zijn of haar werk nu bij het denken te betrekken. Een vorm van achteraf parallel boekhouden.

Citaat:

Noodzakelijkheid en vrijheid verhouden zich tot elkaar zoals het bewuste en het onbewuste. Kunst berust dan op het samenvallen van bewuste en onbewuste activiteit.

Aanvang: 20.30 uur; zaal open: 20.00 uur
Reserveren kan door op de Perdu-website uw gegevens in te toetsen. Klik daarvoor hier.