Vorm wordt betekenis
Onze kijk op taal is sterk Westers. Wij gebruiken taal primair om te communiceren. Toch is in literatuur, en in nog sterkere mate in poëzie, de functie van taal tweeledig. Er is nog steeds sprake van informatieoverdracht, maar met als doel diezelfde taal te ontstijgen en de lezer of toehoorder toegang te verschaffen tot het verhaal, het gevoel.
In poëzie staat het aantal woorden vaak in schril contrast met de zeggingskracht, immers hoe minder in taal gevangen hoe meer ruimte voor de verbeelding. De woorden op papier ontsluiten een buitentalig universum. Poëzie raakt zo aan rituele taal, het roept verhalen, gevoelens en beelden op die de tekst ontstijgen.
Jan de Roder, essayist en literatuurwetenschapper, laat zien hoe in poëzie stijlfiguren als chiasme (kruisstelling) een icoon kunnen zijn van de betekenis die de dichter wil overdragen. Ritme en klank spelen hierbij een rol. Het blijkt dan ook erg moeilijk poëzie te vertalen zonder de oorspronkelijk tekst geweld aan te doen. De betekenis is onlosmakelijk verbonden met het geluid van de taal.
Dit speelt ook een rol in de ‘performances’ van Jennifer Tee. Ze wil hierin een spanning bouwen tussen de objecten en wat er gebeurt. Acteurs zeggen hiertoe rituele teksten in verschillende talen op die door haar geschreven zijn. Tee stelt dat de betekenis van een woord verandert bij vertaling, omdat de klank anders is. Het roept een ander gevoel op.
De Roder noemt als voorbeeld van rituele poëzie de Japanse Haiku. De betekenis die deze vorm belichaamt kan door ons als Europeanen slecht gevoeld worden door het gebrek aan culturele achtergrond hiervoor. Zo ook de rituele taal waar taalwetenschapper Aone van Engelshoven ons deelgenoot van maakt. Op Oost-Timor, in het Lautem district rond het dorpje Tatuala, wordt door een handvol inwoners Makuva gesproken, een geheime en rituele taal, onder andere gebruikt bij plechtigheden voor overledenen. Van Engelshoven constateert dat de taal hier verder af staat van de concrete zaken waar deze in het Westen naar verwijst. De enkeling die de taal spreekt weet soms niet eens dat hij dat doet. Het zijn klanken waar iedereen de betekenis van kent. Een enkele klank is genoeg om een verhaal te vertellen en, belangrijker, verhalen zijn echt en kunnen dan ook niet als spinsels van de geest worden beschouwd. Alle verhalen zijn daarbij varianten of episodes uit een verhaal. Deze evoquerende kracht doet denken aan wat poëzie teweeg brengt.
Het onderwerp leent zich er lastig voor in een avond behandeld en verduidelijkt te worden. Iedere spreker heeft een andere kijk op rituele taal en een andere manier om de betekenis hiervan onder woorden te brengen, en dus te vangen. Echter, met genoeg fantasie konden de afzonderlijke onderwerpen wel degelijk nieuwe werelden openen die de taal ontstijgen.
Erik Bloem
Geen opmerkingen:
Een reactie posten